Dinsdag 22 oktober is de laatste aflevering van Durf te vragen te zien op Eén. Siska Schoeters ontvangt zeven mensen die kampen met een eetstoornis. Een eetstoornis is een psychische aandoening waarbij personen obsessief bezig zijn met wat en hoeveel ze eten, hun uiterlijk, en hun gewicht. Zowel mannen als vrouwen kunnen een eetstoornis ontwikkelen, maar vooral jonge vrouwen tussen 10 en 30 jaar worden getroffen. Naar schatting 1 op de 10 onder hen krijgt een eetstoornis.
In de tv-studio antwoorden Siska’s zeven gasten eerlijk op alle vragen. “Heb je veel moeten liegen om het te verdoezelen?”, “Zijn jullie niet gewoon op zoek naar veel aandacht?”, en “Is een eetstoornis als een soort van drugs?” Siska gaat winkelen met Annelies en kookt nadien voor haar. Ook bij Kelly gaat Siska langs: zij zingt in een bandje en Siska mag een repetitie bijwonen.
Annelies (22 jaar, Nieuwpoort/Antwerpen)
Annelies heeft zich laten opnemen voor een behandeling. Vandaag gaat het iets beter met haar, maar een eetstoornis kan je volgens haar niet zomaar uitzetten. Je gaat ermee slapen en je wordt ermee wakker. Het palmt je leven in, je hoofd en je manier van denken. Annelies zit op kot. Naast studeren moet ze ook koken en boodschappen doen – een taak waar ze echt tegenop kijkt. “Er zijn dagen waarop ik honger heb en denk: ‘ja, dan moet ik eten hè.’ En er zijn dagen waarop ik mijn maag totaal kan negeren. Omdat het voelt als kracht. Het zegt: je kan tegen de honger ingaan, je kan tegen iets ingaan wat andere mensen niet kunnen. Het geeft je controle, en die controle heb ik nodig wanneer ik het gevoel heb dat alles rondom me wankelt.”
Tamara (37 jaar, Boutersem) en Lore (22 jaar, Sint-Lievens-Houtem)
Tamara kampt al 23 jaar met haar eetstoornis. Op jonge leeftijd ontwikkelde ze anorexia, wat op latere leeftijd is overgegaan in boulimie. Tamara is altijd blijven werken, maar is nog steeds verslaafd aan eten, sporten en diëten. “Er is geen ene dag waarvan je kan zeggen ’toen is het begonnen’. Het sluipt eigenlijk heel langzaam in jouw leven. Het draait eigenlijk allemaal om controle. Je bent je er niet bewust van dat je ondergewicht aan het krijgen bent, het is eerder iets waar je goed in bent, dat gaat vlotter en vlotter.”
Lore is herstellende van zowel anorexia als boulimie. Lore omschrijft een eetbui als een soort van trance, een bubbel die je afsluit van de wereld. “Als mensen zeggen: ‘zou je niet gewoon beginnen met eten, je neemt jouw vork en steekt het in je mond’ – zo werkt het gewoon niet. Moest het zo gemakkelijk zijn, dan denk ik dat er nog weinig eetstoornissen zouden bestaan.”
Inge (40 jaar, Zoersel)
De eerste symptomen van Inges eetstoornissen dateren uit haar schooltijd. Sindsdien neemt de eetstoornis de controle van haar leven over. Ze voelt geen honger meer. Inge is al twee keer hervallen maar wil voor haar jonge dochter snel weer beter worden.
Kelly (30 jaar, Sint-Niklaas)
Kelly heeft sinds haar tienerjaren altijd last gehad van overgewicht. Toen ze 125 kilogram woog, besloot ze naar het Zeepreventorium te gaan. Door onder andere de invloed van sociale media raakte ze hoe langer hoe meer overtuigd dat magere mensen succesvoller, geliefder en vooral gelukkiger zijn. Kelly heeft nog steeds last van vreetbuien. Gelukkig kan ze rekenen op de steun van haar vriend. “Zoeken we aandacht met een eetstoornis? Nee, dat denk ik niet. Iemand met een depressie of met borderline zoekt toch ook geen aandacht? Die mensen zijn psychisch ziek en moeten geholpen worden.”
Anouk (27 jaar, Deurne)
Anouk heeft sinds haar dertiende een eetstoornis. Ze heeft al verschillende opnames en therapieën achter de rug. Haar werk als opvoedster kan ze nauwelijks nog combineren met de allesoverheersende ziekte. “Ik merkte dat het niet eten mij een goed gevoel gaf. Daaruit is dat geëvolueerd. In het begin is één boterham minder genoeg, dan worden het er twee, drie… Zo groeit die eetstoornis en neemt het je over.”
Lene (53 jaar, Bertem)
Lene was nog maar dertien jaar toen ze anorexia ontwikkelde. Tot haar 45ste kon ze voor de buitenwereld haar ziekte verbergen. Tot ze op een dag zo verzwakt was en met spoed werd opgenomen. Vandaag voelt ze zich relatief beter en heeft ze de ziekte onder controle. Dankzij de intensieve therapie heeft ze weer zin in het leven gekregen.