Alexia Bruijlants schrijft voor NXTPOP. Ze ruilt twee maanden lang België in voor Parijs.
Parijs. Ook wel gekend als de stad van de liefde, maar voor mij vooral de stad om er twee maand intensief aan mijn Frans te werken. Toegegeven, de werkwoorden ‘aller’, ‘avoir’ en ‘être’ hebben sinds mijn eerste les Frans geen geheimen meer voor mij, en het gebruik van de voorvoegsels heb ik al tig keer gezien sinds mijn twaalfde. Maar de taal spreken, da’s natuurlijk nog andere koek. Daarom reed ik op 24 februari de Franse hoofdstad binnen, door de Montmartre wijk, op weg naar de woning die twee maand lang mijn thuisbasis zou worden. Ik duwde mijn twee valiezen in de krappe lift, en werd verwelkomd door mijn huisgenoten, een getrouwd koppel van rond de 60 jaar. Al snel zou ik er achter komen dat ze wel eens van een sigaretje binnenshuis genieten. En dat ik de nicotinewalm zou moeten accepteren, zelfs om 7.45 uur ’s ochtends. Maar, da’s dan weer onderdeel van de ervaring, dacht ik bij mezelf. Ik vond meteen de soundtrack voor mijn komende tijd hier: het album ‘Pourvu qu’il pleuve’ van Shay, dat me elke dag zou vergezellen tijdens mijn wandeling naar de taalschool.
Mijn eerste weekend verliep rustig: ik ging op ontdekking door mijn buurt, het 9e arrondissement, en ik zag de nieuwe Quentin Dupieux film, Daaaaalí!, in de dichtstbijzijnde cinema. Het cinemabezoekje deed me denken aan toen ik in Londen studeerde, aangezien ik daar tijdens mijn eerste weekend ook in de cinema zat. En hoe beter bekend worden met een stad via één van jouw lievelingsactiviteiten? Hoewel ik niet alles verstond, kon ik de film zeker waarderen: de Franse cinema is een favoriet van mij.
Maandag begon dan het echte werk: mijn ochtenden zouden vanaf nu uit Franse lessen bestaan. Ik maakte kennis met mijn nieuwe klasgenoten, en voelde mij meteen op mijn gemak. We waren allemaal samengekomen om intensieve gesprekken te voeren in een taal die niet de onze was. Zo hadden we het in de eerste week al meteen over verscheidene onderwerpen: cinema, muziek, sport, het sociale leven. Het enige waar ik moeite mee had: mijn nieuw slaapritme. Toegegeven, om 7.45 uur opstaan is voor velen een droom – een goede vriendin omschreef het als ‘uitslapen’ – maar een ochtendmens word ik helaas nooit. Gelukkig kan ik rekenen op de vele liters koffie die ik door de dag consumeer. En dutjes, vooral veel dutjes. Op mijn eerste vrijdagavond in de lichtstad, die toevallig ook samenviel met mijn 24ste verjaardag, trok ik naar de Fondation Louis Vuitton om een retrospectieve tentoonstelling, gewijd aan de Amerikaanse schilder Mark Rothko, te bezoeken. Ik was niet de enige met dit plan: het leek wel alsof half Parijs was afgezakt naar het majestueuze gebouw om de talrijke schilderijen te bewonderen. En terecht: het was mooi om de evolutie van de schilder vertegenwoordigd te zien in zijn werken.
Waaraan heb ik nu al een verschil gemerkt met België? Het is vooral de directheid – en de openheid van de Parijzenaren – die me opvalt. Natuurlijk is mijn ervaring volledig subjectief en aan verschillende factoren onderhevig. Daarnaast bevind ik mij ergens in een vage zone tussen toerist en (tijdelijke) inwoner. Maar persoonlijk heb ik al veel warme ontmoetingen meegemaakt: wanneer ik in het Frans begin, zijn mijn Franse gesprekspartners bijvoorbeeld positief over de staat van mijn Frans, wat ook motiverend werkt. We zijn nu bijna eind maart, en ik kijk uit naar wat de stad nog te bieden heeft.
Ter info: De Mark Rothko tentoonstelling loopt nog tot 2 april 2024. Tickets verkrijgbaar via https://presse.fondationlouisvuitton.fr/mark-rothko-flv/