Nick Murphy is terug met zijn alter ego Chet Faker. Twee singles kregen we de afgelopen maanden al te horen. De derde song is de laatste voor de release van zijn nieuwe album Hotel Surrender.
De Australische singer-songwriter Nick Murphy hernam in oktober 2020 zijn alter ego Chet Faker na een lange pauze. Sinds Murphy zijn pseudoniem in 2015 vaarwel zei om zich onder zijn eigen naam op de muziek te storten, werd het akelig stil rond zijn succesproject. De heerlijke baslijnen en zijn melodieuze genialiteit verdween even naar de achtergrond en maakten plaats voor experimentele klanken. Gelukkig maakte hij afgelopen jaar zijn comeback met singles Low en Get High.
Dat zijn terugkeer heerlijk klinkt, kunnen we ook op derde single Whatever Tomorrow beamen. De melodieuze baslijn, strijkers en zijn ietwat ruwe, maar excellente stem maken van deze song onze favoriet. De song is zelf een rebellie tegen het idee dat we moeten wachten op de dingen die we nodig hebben. “Het voelde alsof we morgen werden verkocht en dat we vandaag betaalden. Ik zei: Fuck your tomorrow, we verdienen ons leven nu”, legt hij uit.
Nieuw album in juli
Met nieuwe single Whatever Tomorrow zet Murphy zich stilaan schrap voor de release van een nieuw album. Het is meteen de laatste single die voor de release uitkomt. Album Hotel Surrender is het vervolg op het in 2014 uitgebrachte debuut Built on Glass. We mogen de plaat op 16 juli verwachten, het album zal 10 nummers tellen.
Over het album zegt hij: “Er waren veel zware perspectief verschuivingen voor mij. Ik dacht over de muziek in een ander licht. Ik zie het nu als een massatherapie. Ik denk dat ik het vroeger als deze benarde situatie zag, alsof ik op een kruistocht of deze lange creatieve reis was was. Nu zie ik dat het meer sjamanistisch is. Je moet wat licht vinden – of soms duisternis, wat dan ook klopt – en het delen. Ik realiseerde me dat dit de kern was van het Chet Faker-project. En ik had het gevoel dat de wereld pijn deed, dus ik dacht: Ik kan iets kleins doen om mensen wat vreugde te geven.”